
Update: mijn leven met een kitten… (ineens waren het er vier)
De littekens zijn inmiddels verdwenen. Toch is de herinnering van drie jaar geleden nog springlevend. Toen schreef ik met pijn en moeite een blog over het leven met mijn kitten Dixie. Hij was 12 weken oud en klauterde – met uitgestoken nagels – om de haverklap in mijn been, in mijn gordijnen én in mijn planten. Nu is hij een grote, volwassen kat en is hij samengevoegd met Numi. Een andere, grote, volwassen kat. Oh ja, er zijn sinds een paar maanden nóg twee kittens bij. Hoog tijd dus voor een update.
Ik grap regelmatig dat we een samengesteld gezin zijn. Eén kat van mij, één van Alex en twee van ons samen. Vier katten, dus. Ja… dat hadden we van tevoren ook niet helemaal bedacht.
1+1-gratis
Sinds we samenwonen, hebben we het regelmatig gehad over een katje erbij. Eentje van ons samen. De beelden van Dixie die planten omgooide, mij als krabpaal gebruikte en de bank vernietigde stonden me nog helder voor de geest. Ik hield dan ook eerst een poos de boot af.
Tot mijn collega foto’s onder mijn neus drukte van een nestje kittens. Ik was instant verliefd. Al mijn herinneringen aan Terror-Dixie vervaagden. En toen we gingen kijken, waren we meteen verliefd op het rode katje. Maar achter die rode zat nog een klein, donzig poesje verscholen. Alex had de rode in z’n armen, ik het donzige poesje. Nacho én Pixel gingen dus samen mee.
Vier draken
Inmiddels zijn ze ruim vier maanden oud. Ik zit weer onder de krassen van onhandig geklauter op mijn schoot en iets te hard spelen. Ik roep constant ‘NEE’ en ‘EH!’ als ze weer eens ergens zitten waar ze niet aan mogen zitten. Er zijn avonden waarop we niet rustig een film kunnen kijken, omdat we belaagd worden door de draken, omdat zij ons zien als twee menselijke klimrekken. Dus verhuizen we op zo’n moment maar naar boven om daar de film af te kijken.
Verslaafd aan eten
Ook zijn deze twee verslááfd aan eten en proberen ze constant de kip van ons bord te eten of een onbewaakt stukje kaas of droge worst te jatten. Is het tijd voor brokjes, miauwen ze alsof hun leven ervan afhangt. Alsof ze nooit eerder eten hebben gehad. En zien ze wiebelende voeten en armen onder een dekentje op de bank? Dan gaat meteen hun prooi-alarm af en duiken ze er vol bovenop.
Gelukkig voor ons spelen ze heel veel met elkaar. Hierdoor zijn wij – én de bank en de gordijnen – wel iets minder het slachtoffer. Maar vaker niet dan wel vliegen ze uit de bocht en nemen ze in hun enthousiasme weleens een bloempot of een lamp mee. Pixel is gefascineerd door de aarde ín de bloempotten en probeert dit het liefst er allemaal uit te krabben. Ik denk dat er meer aarde in onze vensterbank ligt dan in de zandbak in de speeltuin.
Spelen met de grote katten
Maar als ze dan zo wild met elkaar aan het spelen zijn, is dat een heerlijk gezicht om naar te kijken. Als ware worstelaars duiken ze op elkaar, houden ze elkaar in een hoofdklem tot het echt te pijn doet en vliegen dan weer achter een of ander stom propje papier aan. Ook Dixie speelt steeds vaker met ze mee. Dan wacht hij ze vanachter een doosje op om ze te laten schrikken. Een andere keer zijn de kleintjes stoer genoeg om achter hém aan te gaan en pakken ze hem in zijn staart. Alleen Numi heeft wat meer nodig. Zij negeert ze nog het liefst.
Op naar buiten!
Dus het leven met kittens? Het is over het algemeen – als je een kattenliefhebber bent – ontzettend gezellig en aandoenlijk. Maar vier is wel écht de max. Ik ben dan ook blij als ze straks naar buiten kunnen en ze de buurt lekker op stelten kunnen zetten. Hopelijk blijven dan meer van mijn bloempotten (en planten) heel.
