Als kind groei je op dat je later het beroep kunt kiezen dat bij jou past. Werkelijk alles behoorde tot de mogelijkheid. Ik veranderde van buschauffeur naar kapster tot orka. ‘Nee dat kan niet.’ Oh, maar het mocht toch alles zijn?
Later merk je wel dat er ook enorme beren en omgevallen bomen op de weg zitten. Het beroep dat je wilt betekent met je neus in de boeken zitten en vervelende leraren trotseren. Maar binnenin groeit er iets. Een diamant die wacht om gepoetst te worden. Eentje die uit het stof herrijst en de wereld verovert. Hoe klein die wereld op dat moment misschien ook is.
Het beroep profvoetballer
Een jongen die van beroep profvoetballer wil worden, zet zijn eerste stappen als klein jochie op de plaatselijke voetbalvereniging. Hij scoort en glundert van oor tot oor. Het eerste stukje van de diamant is gepoetst. Nu is het wachten op de rest.
Succes
Bij succes, hoort ook het moment van falen. Een onvoldoende halen lijkt verschrikkelijk. Je huilt, je bent boos op jezelf en je wil het goed doen. De streber in je komt naar boven en later besef je dat je soms moet falen om te begrijpen hoe het is om iets te winnen. Het doet pijn, maar dan voelt het succes des te lekkerder.
Je wacht even af in het stof tot je weer herrijst en enorme sprongen omhoog maakt. De scheuren zijn geheeld. Het vuur brandt nog feller in je en je wil nog meer bereiken. Je wil niet meer falen. Je wil winnen. Je wil succes. Je wil alles en wel zo snel mogelijk.
Droom groot
Zeg nooit tegen een kind dat hij later iets niet kan worden, want niets is onmogelijk. Kweek die dromen als aardbeienplantjes, laat wilskracht groeien en laat diegene er alles aan doen om z’n dromen achterna te gaan. Meer is er niet voor nodig om te worden wie je later wil zijn.
1 gedachte over “Je kunt alles worden”