Reisverhalen

Maaike in… Mexico & de VS – DEEL 1

Paradijselijke stranden, Coronabiertjes, seksende mensen in hostelbedden en een uitstapje naar de VS voor de liefde; Het is een greep uit de gebeurtenissen van vier weken vakantie. En vier weken vakantie in één blog samenvatten? Eh… dat wordt ‘m niet. Daarom heb ik de blogs opgedeeld in een aantal delen en geloof me: in ieder deel zit een beetje seks, drugs & rock ’n roll. In dit deel: viva la Mexico! 

 

STRESS. Dat woord beschrijft de dagen voorafgaand aan mijn vakantie perfect. Reisdocumentenstress, schoonmaakstress vanwege de kattenoppassers en algemene stress om alles wat me te wachten staat. Want het doel van deze hele verre reis heeft te maken met een zeker ‘wat-als-gevoel’ over een Amerikaan – later meer daarover. Gezien het strenge inreisverbod voor Amerika besluit ik de regels te omzeilen en eerst twee weken in Mexico in ‘quarantaine’ te gaan.

Schipholdame

Het is acht augustus als mijn vader mij om vijf uur ’s ochtends afzet op Schiphol. Bij de check-in balie krijg ik bijna een hartverzakking. ‘Waar is de Mexicaanse gezondheidsverklaring?’ vraagt het meisje streng als ze mijn papieren bekijkt. ‘Eh, die heb ik niet. Ik las dat het niet hoefde,’ antwoord ik, plotseling onzeker.

‘Op mijn scherm staat dat het wel moet. Zal ik je de link geven?’ Ik knik snel. Maar bij het invullen, laadt de website niet goed. Ik krijg error na error na error en voel de hitte naar mijn wangen stijgen.

Als ik het vijf keer heb geprobeerd, draai ik mijn scherm en schud mijn hoofd. ‘De website doet het niet,’ leg ik uit. Schipholdame pakt haar telefoon. ‘Ik probeer de Mexicaanse autoriteiten wel te bellen,’ zegt ze. De telefoon gaat over, maar er wordt door niemand opgenomen.

Ondertussen sta ik al een halfuur te wachten. Straks word ik geweigerd. ‘Een vriendin van mij had hetzelfde,’ zeg ik dan in een poging de boel te redden. Schipholdame kijkt sceptisch, maar ik heb mijn telefoon al gepakt en bel de desbetreffende vriendin wakker. Pas als ik heb opgehangen, knikt ze. ‘Oké, ga maar dan. Maar maak screenshots van de errors, zodat ze je niet kunnen weigeren.’ Fieww…

Overbezorgde GGD’er

Het vliegtuig is overvol. Als een overbezorgde GGD’er verwissel ik iedere drie uur mijn medische mondkapje. Als de persoon naast me in z’n slaap tegen mijn schouder niest, voel ik de behoefte mezelf van top tot teen te ontsmetten. ‘Relax…’ maan ik mezelf toe, maar op dat moment kan ik het nog moeilijk loslaten.

De Mexicaanse douane laat me zonder problemen binnen, dus zet ik koers naar het verhuurbedrijf voor mijn huurauto. Van tevoren had ik heel wat blogs over Mexico gelezen – dus ook over het autorijden – maar toch zijn de eerste kilometers in een vreemd land altijd spannend. En de Mexicaanse wegen? Nou, die zijn niet fantastisch.

Een halfuur lang hobbel ik over de weg en probeer de diepe gaten in het wegdek van de snelweg te vermijden – en dus ook een lekke band. Als je in Mexico een bandenverkoper bent, dan doe je absoluut goede zaken. 

Welcome to paradise

Na een goede nachtrust vertrek ik op mijn eerste volle dag naar het autoluwe eiland Isla Holbox. Ik koos voor dit eiland omdat het bekend staat om de fijne, relaxte sfeer, om heerlijk eten en om (nog) geen hordes toeristen. En extra leuk: als je hier niet wil wandelen of fietsen, dan kun je een golfkartaxi nemen. En die dingen gaan hárd!

Ik verblijf in een kleinschalig hostel waar ik een privétent heb geboekt. Het klinkt heerlijk: wakker worden onder een sterrenhemel, in een tentje… maar de werkelijkheid is dat het bloedheet is in de tent. Enfin, ik moet maar snel wennen aan 35+-graden, want dat blijft de komende weken nog wel even zo.

Vonkjesregen

Mijn to-do-list voor de eerste dagen kan ik op dit eiland goed uitvoeren: ontstressen en genieten. Op de eerste avond laat ik met de hostelmensen asielhonden uit op het strand. We drinken iedere avond coronabiertjes bij de ondergaande zon, voer goede gesprekken met mensen van over de hele wereld en neem iedere dag een duik in de zee om af te koelen.

Na een paar dagen gaan we met het hostel in het donker bij Punta Coco de bioluminescence bekijken, oftewel: zeevonk! Op bepaalde momenten in het jaar kun je dit bijzondere fenomeen aanschouwen. We wachten tot het pikkedonker is en lopen dan de zee in. Vol verbazing kijken we naar het water dat ineens magisch lijkt. Door onze bewegingen geven micro-organismen in het water een soort vonkje af. Het is alsof ik naar een vonkjesregen op mijn eigen huid aan het kijken ben.

Om je een beeld te geven van de zeevonk (foto Google)

Kotsen over de reling

Met twee anderen wandel ik om vijf uur ’s ochtends naar Punta Mosquito. Het is eb, dus we waden door het water naar het noordelijkste puntje van het eiland. Als we er na 45 minuten bijna zijn, komt de zon op en kunnen we genieten van flamingo’s, pelikanen en andere tropische vogels. Aangezien het zo’n eind wandelen is, zijn we hier ook de enige toeristen. Wat een bijzondere plek is dit!

Een ander hoogtepunt in mijn eerste week, is de excursie naar de walvishaaien. De tocht naar open zee duurt drie uur. Een rustig ritje? Eh, nee. De zee is wild en onstuimig, de boot scheert hard door de golfen en maakt harde klappen op het water. De wildwaterbaan in de Huttenheugte is er niets bij. Het eerste uur vind ik het nog grappig, het tweede uur klem ik mijn kaken al wat steviger op elkaar en het laatste uur begint mijn lijf pijn te doen. Ook zijn de eerste twee passagiers al aan het knuffelen met de reling en geven ze hun maaginhoud cadeau aan de vissen. Ik hoop maar dat ik niet de volgende ben.

Bij de walvishaaien mogen we in tweetallen twee keer in het water springen om met deze dieren te zwemmen. De naam ‘walvishaai’ klinkt best eng, maar de dieren zijn eigenlijk grote lieverds die alleen plankton eten. Maar indrukwekkend zijn ze zeker, aangezien ze wel twaalf meter lang kunnen worden. Na het onderonsje met de walvishaaien mogen we op een andere plek nog een poos snorkelen om vissen te spotten én krijgen we een luxe lunch aan boord. Zelfs ik – als niet-vis-eter – geniet van de versbereide ceviche.

Pleinfeest

Ik sluit mijn week op Isla Holbox af met een pleinfeest bij The Hot Corner. Voor het eerst sinds anderhalf jaar sta ik opeengepakt met talloze vreemden te dansen en te zingen op latinmuziek. Het voelt raar, maar ook zó goed. Wat heb ik dit gemist. Spontaan geef ik de mensen van het hostel met wie ik ben een knuffel waarna ik moe maar voldaan in m’n warme tentje kruip. Morgen verlaat ik dit paradijselijk eiland voor de stad Valladolid.

 

In deel 2… in één bed slapen met mijn couchsurfhost, een aanvaring met orkaan Grace en een seksend stel in Cancun.

Eén reactie

Laat een antwoord achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.